Wie abortus en geld in één zin samenbrengt, met de wetenschap als intermediair, houdt een vlammetje bij het kruitvat. De beschuldiging dat Planned Parenthood in Amerika verdient aan abortussen, door de verkoop van foetusmateriaal aan wetenschappers, begon als een heimelijk opgenomen gesprek tijdens een lunch en sijpelt nu langzaam door tot het Congres, het Amerikaanse ministerie van Justitie en de presidentskandidaten in de race om het Witte Huis. De ‘onthulling’ waarover Amerika overigens nog in debat is met zichzelf, roept twee prangende vragen op: 1) wanneer ben je journalist en 2) waarom maakt het helemaal niet uit of hier sprake is van ‘de’ waarheid?
Journalist … of niet? | Wanneer ben je een journalist? Als je jezelf zo presenteert. In die zin voldoet The Center for Medical Progress, makers van de video’s waarop artsen en directeuren van Planned Parenthood schijnbaar in onderhandeling gaan over de kosten van geaborteerde baby’s, te gebruiken voor wetenschappelijk onderzoek. Volgens hun missie zijn zij “a group of citizen journalists dedicated to monitoring and reporting on medical ethics and advances”. En ook hun werkwijze, verborgen camera’s om ruw materiaal te verzamelen om dat vervolgens terug te schroeven naar negen minuten bloedstollende ‘televisie’, verraadt schijnbaar hun journalistieke insteek. Maar: hebben we hier wel te maken met een journalistieke niche, geïnteresseerd in medische vooruitgang en ethiek?
Snijden | Nee, stelt Media Matters, een links (of progressieve) mediamonitor die de eerste video van de groep op de snijtafel legde. Zij concluderen niet alleen dat er wel erg naar een resultaat is ge-edit, zij spreken ook steevast over een conservatist group. En ook FactCheck.org heeft zo haar vraagtekens bij de kwaliteit van de gepresenteerde video. Net als Media Matters komen zij tot dezelfde conclusie: “The edited video, released July 14 by an anti-abortion group called the Center for Medical Progress, leaves the impression that Nucatola is talking about Planned Parenthood affiliates making money from fetal tissue. But the edited video ignores other things Nucatola said that contradict that idea.”
Obama | Maar hoe relevant is de vraag dat er zorgvuldig is gesneden in het materiaal? Het debat over abortus in Amerika wordt veel langer gevoerd dan de verhitte, actuele polarisatie naar aanleiding van de uitgebrachte video’s. Twee jaar geleden verbood een Texaanse rechter Planned Parenthood al onderdeel te zijn van een programma voor de gezondheid van vrouwen. Republikeinse pogingen om de organisatie geen subsidie meer te geven, bracht Obama ertoe Planned Parenthood een hart onder de riem te steken: “It’s [PP, SvdL] not going anywhere today, it’s not going anywhere tomorrow. As long as we’ve got a fight to make sure women have access to affordable, quality health care, and as long as we’ve got to fight to protect a woman’s right to make her own choices about her own health, I want you to know that you’ve also got a President who’s going to be right there, fighting every step of the way.” Die presidentiële belofte politiseerde de subsidie voor Planned Parenthood.
Kandidaten | En dat politieke debat is met de onthullingen weer in alle hevigheid opgelaaid – maar niet nieuw. De video is een aanleiding om de politieke loopgraven weer op te zoeken. Zo reageerde de Texaanse gouverneur Greg Abbott (Texas) twee dagen geleden furieus op de video: “This latest video showing yet another Planned Parenthood senior official negotiating the price of unborn baby body parts is more than just callous and morally bereft, it may be criminal.” Presidentskandidaat Ted Cruz deed een duit in het zakje, net als kandidaat Marco Rubio. Republikeinen in het Congres maken zich op om de federale subsidie voor Planned Parenthood nu definitief in te trekken. En daarmee is de video geen technisch, journalistieke discussie meer over de vraag of hier eerlijk is gemonteerd, maar een directe aanleiding om politiek te bedrijven. Wie twijfelt aan de kracht van agendasetting, ziet hier in een notendop steunbewijs dat media ertoe doen. En de vraag of de claim dat er in babyfoetussen wordt gehandeld ook daadwerkelijk klopt, lijkt daaraan ondergeschikt.
Weerstand | Amerikanen zijn verdeeld over de vraag of abortussen legaal of illegaal moeten zijn, blijkt uit onderzoek van het PEW Research Center: 51 procent vis voor legale abortus, 43 procent vindt dat abortus illegaal moet zijn. De verdeling is al twintig jaar stabiel. Er zijn wel duidelijke regionale verschillen: voorstanders wonen in het noorden van Amerika, tegenstanders in het zuiden. En volgens het Guttmacher Institute is het aantal staten dat de toegang tot abortus wettelijke heeft bemoeilijkt, toegenomen (zie afbeelding). Maar dat zijn feiten en die lijken in het huidige debat onderschikt aan de beeldvorming.
Eén reactie