Een jaar gelden was het uitgesloten dat Amerika ooit militair zou ingrijpen in Syrië. Nu, blijkt uit opiniepeilingen, zijn Amerikanen meer dan ooit bereid om de gewapende confrontatie met IS aan te gaan. Sterker: er tekent zich een bipartisan meerderheid af (bij zowel Republikeinen als Democraten) om zich in het Syrische conflict te mengen. Amerikanen zeggen in meerderheid dat het land onveiliger is dan na ‘9/11’. Hoe is het mogelijk dat in zo’n korte periode de publieke opinie zo snel kan omslaan? Hoe kan een grote meerderheid zo ‘plotseling’ voor bombardementen op IS zijn? Volgens On The Media is er sprake van een re-frame die de omslag in de opinie mogelijk verklaart: Amerikanen hebben geen zin in oorlog, maar hebben zich altijd fel uitgesproken tegen terrorisme.
Tot voor kort was IS onderdeel van de bloedige burgeroorlog in Syrië. Amerikanen zagen dat vooral als een Syrisch probleem. De beelden van massa-executies en onthoofdingen heeft het beeld van IS als terroristische organisatie in de publieke opinie gegrift. Dat gold overigens niet voor de Wall Street Journal-journalist Daniel Pearl. Hij werd publiekelijk onthoofd in Karachi, Pakistan in 2002. Dat leidde toen niet tot massale steun voor militaire ingrijpen. Hoe kan dat verschil worden verklaard? Marc Lynch (Washington University) zoekt het verschil in het feit dat Amerika toen al tot over zijn oren in een gewapend conflict zat (Irak en Afghanistan). De onthoofding van Pearl was daarvan een uitwas. Nu is er geen oorlog, probeert Amerika zich zo veel mogelijk afzijdig te houden en ‘plots’ komen de beelden van de gruwelijke onthoofding.
On The Media | Confronting the Unknown