LEIDEN – Leiden maakt zich op voor de eerste begroting van het nieuwe college. Op de langere termijn dreigt nu al een tegenvaller van 6,1 miljoen. Geerten Boogaard, CDA’er en architect van het bestuursakkoord dat de vorige collegeperiode door alle partijen in de raad werd ondertekend: ,,De eerste pijn is de lakmoesproef van het nieuwe college.” Boogaard heeft het bestuursakkoord voor de komende periode onder de loep genomen.
,,Bezuinigingen zijn politieke keuzes die eigenlijk alleen in een coalitie kunnen worden gemaakt. Als het zuur moet worden verdeeld, zullen partijen niet snel vrijwillig meetekenen en moet er toch een deal worden gesloten. In eerste instantie in het college, daarna tussen de fractievoorzitters van de coalitie. Dat bleek ook wel in het vorige periode. Jammer dat in het nieuwe bestuursakkoord niets staat over dit soort noodzakelijke deals om moeilijke besluiten te nemen. Er had bijvoorbeeld in kunnen staan dat men na afloop transparant is over een gesloten deal, zodat de oppositie weet hoeveel ruimte er nog zit.”
Geen partij tekent gratis voor bezuinigingen, weet Boogaard. ,,Daar willen ze iets voor terug. De grote uitdaging is de deal beperkt te houden. Anders wek je chagrijn bij een oppositie die zich buitenspel gezet voelt. De eerste perspectiefnota is dus wat mij betreft een belangrijke proef voor het nieuwe college.”
Terugkijkend naar de afgelopen periode en de ‘geboorte’ van het eerste bestuursakkoord, zegt Boogaard nu: ,,Wij wilden de begrotingsmacht van het college breken. Of beter: hun kennis van de begroting democratiseren.” Hij wilde af van een coalitieakkoord dat de zaak op voorhand dichttimmerde. Boogaard: ,,Dat akkoord was een juridisch handvest waarmee coalitiepartners en raad op koers werden gehouden.” Gevolg: een voortdurende campagne in de raadszaal vanuit de oppositie, een afrekencultuur in de raad en spanningen in het college.
Boogaard en zijn collega Den Hollander kregen toen overigens óók kritiek op hun ideeën. ,,Onder andere dat de sleutel tot een werkbaar bestuursakkoord niet ligt bij – zoals wij wilden – een apolitieke wethouder financiën waar iedereen zijn voorstellen mag indienen, maar bij de fractieleiders van de collegepartijen, zoals de afgelopen vier jaar bleek.”
Die fractieleiders zijn – vindt Boogaard – de oliemannetjes van een probleemloze begroting. ,,Onder hen moet vertrouwen zijn, transparante communicatie over afwegingen en politieke deals. Bij hen moet iets te halen zijn voor de oppositie. En achteraf mag iedereen weten wie pijn heeft geleden.” Die pijn is nu acuut: 6,1 miljoen euro met onder meer 390.000 euro in de PRIL – het Programma Ruimtelijke Investeringen Leiden – en vier miljoen in de exploitatie gemeentelijk vastgoed. Pijn die moet worden verdeeld en daar, weet Boogaard, kan geen bestuursakkoord tegen op.