Soms weet ik niet wat het echte nieuws is: dat de premier van Luxemburg (en Jeroen Dijsselbloems voorganger) Jean-Claude Juncker is afgetreden (hij was de langst zittende premier in Europa) of dat Luxemburg een geheime dienst heeft – de SREL. In dit geval maakt het niet uit, omdat Juncker is afgetreden vanwege gedonder binnen de Luxemburgse geheime dienst. De dienst ligt onder vuur en wordt beschuldigd van illegaal afluisteren, corruptie en het handelen in gestolen auto’s. Juncker mocht woensdagavond op het parlementaire matje met de billen bloot.
Het bericht is opvallend omdat Juncker zo ontzettend veel politieke ervaring heeft – hij was vanaf 1995 onafgebroken premier van Luxemburg en won met de christelijk sociale partij verkiezing na verkiezing. Hij combineerde die baan acht jaar lang (tussen 2005 en 2013) met het voorzitterschap van de Eurogroep – de financiële slangenkuil waar Dijssebloem nu de scepter zwaait. Genoeg ervaring, zou je zeggen. Helaas. Woensdagavond verdedigde hij zich in een twee uur durende speech in het Luxemburgse parlement ondanks al die ervaring met een afschuwelijke politieke doodzonde – ‘Ik wist van niets, ik ben niet persoonlijk verantwoordelijk.’
Erger dan toegeven dat het chaos is, is bekennen nergens van af te weten.
Die vlieger gaat zelden op en ook niet in Luxemburg. De sociaal-democraten trokken de stekker uit de coalitie en vanochtend maakte Juncker zijn aftreden en het uitschrijven van vervroegde verkiezingen bekend. Tijdens die verkiezingen zal duidelijk zijn in welke mate Juncker door de affaire is beschadigd en zijn hegemonie van achttien jaar kan worden doorbroken. De vraag is of het electoraat grommel bij de Luxemburgse geheime dienst (waarom hebben ze die?) afstraft. Interessant in deze is de vraag of het electoraat een verband legt met (al) dat andere gerommel omtrent geheime diensten.
(Illegale) afluisterpraktijken domineren al enige tijd de media- en politieke agenda in Amerika (PRISM) en door onthullingen van Snowden, het hack-lek van de NSA) ook Europa. Nooit eerder was de publicitaire lens zo gericht op de schimmige wereld van de staatssurveillance. Nee, ik zit dit bericht niet te typen met een alu hoedje op. Het gedonder bij de Luxemburgse SREL (volgens de openbaar aanklager tussen 2003 en 2009) staat los van PRISM en Snowden. De ‘feiten’ in het rapport van de aanklager zijn op zichzelf, los van wat er elders gebeurt, ernstig genoeg. Ik denk echter dat gegeven de internationale aandacht voor geheime diensten-in-opspraak de Luxemburgse feiten een andere, urgentere en daarmee politieke lading krijgen. Juncker is niet gevallen vanwege Snowden en PRISM – ik ben er van overtuigd dat het hem ook niet helpt.