Goede ideeën

[youtube http://www.youtube.com/watch?v=NugRZGDbPFU]

 

Een goed idee, schrijft Steven Johnsons in Where Good Ideas Come From, is vooral heel hard werken. En dat is prettig nieuws – we kunnen niet allemaal Einstein zijn. Met andere woorden: geniaal ben ik niet, de tijd en wil om mijn schouders eronder te zetten heb ik wel. En dat kan op zeven manieren, schrijft Johnson. Vandaar een serie: Zeven patronen van goede ideeën. Deel 1: de eerstvolgende stap.

Een jaar na de tsunami kregen ziekenhuizen in Meulaboh (Indonesië) couveuses uit West-Europa. Die stonden jaren later allemaal kapot in de kelders opgeborgen. Er waren geen reserve-onderdelen, de couveuses konden niet tegen de tropische omstandigheden en het Indonesische personeel snapte de complexe handleidingen niet. Timothy Prestero, afgestudeerd aan het prestigieuze Massachusetts Institute of Technology (MIT) zag het aan en maakte een nieuw ontwerp. Een couveuse die aansloot bij de omstandigheden in Meulaboh, gemaakt uit auto-onderdelen die in de stad voorradig zijn. Iedereen snapte hoe de couveuse werkte, elke lokale garagehouder kan hem repareren en heeft er de onderdelen voor. Prestero ging een stapje verder met de middelen die voor handen waren en kwam met een couveuse-innovatie.

Ideeën zijn een evolutie in een omgeving
Het is volgens Johnson een misverstand te denken dat goede ideeën de vrucht zijn van de briljante eenling die, losgezongen van de werkelijkheid, ons met zijn geniale vondst de toekomst in lanceert. Ideeën zijn geen revolutie in afzondering – kort, heftig, plotselinge veranderingen – maar een evolutie in een omgeving – gestaag, langzaam en met een hoop fouten. Een innovatie is één stap verder dan wat voor handen is. Een stap in een nieuwe richting, geen sprong. Sterker: een innovatie is vaak de eerst mogelijke stap.

En in de journalistiek?
Vertaald naar de journalistiek hoef je je voor een goed idee dus niet op te sluiten op de hei of een tuinhuisje om daar te wachten op een geniale ingeving. Beter is het goed om je heen te kijken, om te ‘zien’ wat er in de lucht hangt. Volg dus het nieuws en de actualiteiten, dompel je onder in de ‘omgeving’ van je onderwerp. Beperk je niet tot de plichtmatige gesprekken alleen, maar lees ook eens over aanpalende onderwerpen. Ben je journalist? Lees een boek over marketing en branding. Geen twitteraar?, toch doen. Kom, voorzichtig en met één stapje, uit je comfort zone en stel de vragen waar je echt geen antwoord op weet. Kijk – als je dan gaat zoeken, kom je op goede ideeën. Dat is hard werken – maar kan een inspanning zijn die rendeert.

Hoe zet je de eerst mogelijke stap verder? 4 tips 

Tip 1

Ik wacht niet op het briljante idee, ik ga er actief naar op zoek. Daarvoor stel ik mezelf soms onmogelijke vragen of geef ik mezelf een onmogelijke opdracht – voor de leuk. Bijvoorbeeld: verzin een driedimensionaal tijdschrift; presenteer een verhaal zonder gebruik te maken van tekst, audio of video.

Tip 2

Lullepot! Neem voor een artikelidee eens twee zeer uiteenlopende termen (bijvoorbeeld: drop en tango) en probeer die in zo weinig mogelijk stapjes aan elkaar te praten. Zo ‘rijg’ je ketens van stapjes en verbanden die je op nieuwe ideeën kan brengen.

Tip 3

Wat kan ik heel goed? Kan ik dat ook heel goed bij andere onderwerpen? Andere media? Andere klanten? Andere collega’s? Kortom: kan ik iets heel goed ook in een hele andere omgeving? Of andersom: ik zit in een zeer prettige omgeving mijn ideeën te bedenken – wat gebeurt er als ik ergens anders ga zitten?

Tip 4

Breek met geijkte zoekroutines op internet, snuffel in de bieb in andere kasten (at random) of laat bronnen die je altijd benadert een tijdje links liggen. Laat je verrassen. En verder: veel praten, meer luisteren en nog vaker lezen in plaats van schrijven.

(Dit artikel verscheen eerst op Bedrijfjsournalistiek.nl)

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.