We mogen op basis van een casus niet generaliseren. En natuurlijk zijn niet alle woordvoerders over een kam te scheren. Toch is het raadzaam de lessen die Willem Schoonen (hoofdredacteur Trouw) trekt uit de aanvaring tussen zijn krant en minister Leers goed in onze oren te knopen. Schoonen signaleert drie manieren waarop het ministerie heeft geprobeerd om het effect van een citaat, op een dak in Angola, zo veel mogelijk te beperken. Zijn ‘meta-journalistieke’ aanpak mag meer. In een wekelijkse, vaste rubriek. OM zo de lezer ook eens te laten zien hoe nieuws tot stand komt. In casus Mauro 2.0 ging dat zo (ik heb de essentie vet gemaakt):
Eerst werd er iets ontkend wat helemaal niet in de krant had gestaan. Er kwam een verklaring dat het studievisum van Mauro niet zou worden ingetrokken. Hadden we ook niet geschreven, maar er moest snel de indruk worden gewekt dat de krant er naast zat.
Vervolgens werd beweerd dat Leers in algemene zin over het lot van liegende asielzoekers had gesproken, niet over Mauro. Maar uit de geluidsopnamen van het interview blijkt het tegendeel; Leers had het wel degelijk over Mauro.
De derde lijn van verdediging was de meest abominabele: Leers had zijn uitlatingen gedaan in gesprek met een ‘luchtvaartjournalist’. Hoe dom kun je zijn? ‘Ik heb het wel gezegd maar dat was tegen een sportjournalist, een boekenredacteur, een balletmedewerker…’ Dus het telt niet? Het enige wat telt, is wat Leers heeft gezegd. Wie de pen vasthield, doet er niet toe. <<