Paul Krugman zocht in september 2011 een verklaring voor de ellende waar Europa zich in bevond. En hij kwam er (nog) niet helemaal uit:
“I haven’t developed a full theory of the sociology [curs SL] going on here. But these organizations should be doing some agonized soul-searching, asking how they got it so wrong while posing as high priests of economic expertise.”
Krugman bedoelt de ECB, de OECD en de BIS – Bank for International Settlements. Krugman werpt – wanneer niet? – een interessante vraag op die tot op heden onderbelicht is gebleven: heeft de crisis een economische of een sociologische oorzaak?
Met andere woorden: kunnen we de huidige crises in Griekenland en Italië terugvoeren op besluitvormingsprocessen van individuen in relatie tot elkaar (sociologie)? Of is sprake van economische wetmatigheden die hen zijn overkomen en waar ze nu, relatie tot elkaar, een antwoord op moeten formuleren? Waarschijnlijk zijn de sociologie en economie van deze crisis niet zo strikt te scheiden. Wat niet hetzelfde is als het belang de scheiding. Want die moeten we wel maken.
De markten reageren namelijk nogal heftig op de sociologie van de Europese leiders en die binnen de Italiaanse en Griekse regering. de relaties tussen personen doet ertoe. De markt ‘leest’ er aanwijzingen voor hun handelen. Om de crisis te begrijpen en wellicht te beteugelen is een analyse van die sociologie geen verspilde moeite. Vandaar deze opmerking: welke vragen kan de sociologie stellen aan de huidige crisis om meer inzicht te krijgen in de rol van individuen en hun onderlinge relaties op bewegingen van en in de markt? <<