Journalistiek: nieuwe invalshoeken bedenken bij verhalen die je ergens online hebt gevonden en met wat plak- en knipwerk tot een nieuw geheel kan smeden (eigenlijk zoals dit verhaal dat je nu leest – maar geef het nog een kleine kans). De journalistiek is dood, leve de journalistiek! Het valt ook niet mee op vanachter het bureau vandaan te komen en echte mensen zo ver te krijgen dat ze een relevant verhaal vertellen. Als reactie op die voortdurende tsunami aan informatie is het dan ook niet vreemd dat stunt journalism (ook wel: immersion journalism) aan populariteit wint. Of, voorzichtiger, is het niet onlogisch om je af te vragen of stunt journalism steeds populairder wordt …
Stunt journalism is pretty easy to define: It’s any article wherein a writer becomes a guinea pig, attempting some masochistic or outrageous challenge in an attempt to prove a point or provide a first-hand experiential account.
Volgens mij gaat het om het cursiefje: een belevenis uit de eerste hand, een fysieke inspanning van een journalist, kortom: een bijdrage die ik niet zelf uit mijn sociale netwerk kan destilleren en waarin ik de invalshoeken van eerder vandaag teruglees, maar bloed, zweet en tranen. Een extreme vorm van new journalism waarin literaire technieken worden gebruikt om de complexe werkelijkheid te kunnen beschrijven. Een genre dat voorbij journalistieke protocollen gaat. Een prachtig genre ook met iconische voorbeeldebn: lees bijvoorbeeld Boys on the Bus (Timothy Crouse) of In Cold Blood (Truman Capote) en laat de politieke werkelijkheid in Amerika of het dagelijkse politienieuws een week voor wat ze zijn.
Legio voorbeelden
Maar vaker daalt het niveau van stunt journalism tot wat Jackass nauwelijks overstijgt. Journalistiek wordt dan vermengd met amusement met snelle invalshoeken die relatief weinig tijd kosten (en andere werkzaamheden niet per se in de weg staan). De voorbeelden zijn legio. Google “I did/stopped/started … for a week/month/every day and this is what happened/shows/meant” en de ‘stunts’ vliegen om je oren. Denk aan redacteuren die zich overgeven aan (gevaarlijke) diëten (hier, hier en hier), gedwongen afkicken van hun mobiel, hun haar een week niet meer wassen of, echt waar, besluiten een week op tijd te komen. Doodzonde, het genre komt in een kwaad daglicht en biedt zo niet de meerwaarde die stunt journalism in potentie heeft.
Voorwaarden
Volgens mij is goede stunt journalism relevant (het informeert een specifieke doelgroep die op basis van die informatie betere keuzes kan maken die ook genomen moeten worden); concreet (het gaat over één verband tussen een beperkt aantal variabelen); aantrekkelijk (het verhaal heeft narratieve kwaliteiten waardoor het boeit) en moedig (de journalist verplaatst zich in een wereld die voor anderen afgesloten blijven of nauwelijks toegankelijk zijn). Stunt journalism is duur: het kost erg veel tijd en moeite. Dat is ook precies de aantrekkelijkheid en vooral de exclusiviteit van de verhalen die het oplevert. Stunt journalism: journalistiek die meer moeite kost dan dit stukje erover. <<