Steeds meer vrije toegang tot wetenschappelijke kennis en data, maar nog lang niet genoeg

Deze week, tien jaar geleden kwamen in Budapest een een klein groepje wetenschappers bij elkaar. Doel van die bijeenkomst: ‘(…) to accelerate progress in the international effort to make research articles in all academic fields freely available on the internet.’ Nu, tien jaar later, is dat initiatief uitgegroeid tot een academische beweging kennis en data vrijelijk te delen.

Ruim 5.000 individuen en 600 organisaties hebben de declaratie van de Budapest Open Access Initiative (BOAI) inmiddels ondertekend. Maar dat zijn er nog lang niet genoeg. De constatering uit 2001, dat ‘ …for various reasons, this kind of free and unrestricted online availability, which we will call open access, has so far been limited to small portions of the journal literature’, geldt nog altijd.

Zakelijke belangen weerhouden vooral uitgevers ervan informatie gratis te delen. Zij willen wetenschappelijke kennis vermarkten door het publiek er nogmaals voor te laten betalen. Nogmaals, want het onderzoek waarvan het artikel slechts het verslag is, is vaak al betaald uit belastinggeld. Wetenschappelijk onderzoek is een publiek goed en komt dat publiek ook toe, aldus de declaratie in 2001. (Wie dat nog steeds vindt, kan zich aansluiten bij de Cost of Knowledge-beweging die daartegen in wil gaan.)

By “open access” to this literature, we mean its free availability on the public internet, permitting any users to read, download, copy, distribute, print, search, or link to the full texts of these articles, crawl them for indexing, pass them as data to software, or use them for any other lawful purpose, without financial, legal, or technical barriers other than those inseparable from gaining access to the internet itself.

Hoe is het nu, tien jaar later met die open access gesteld? Niet best, is het eenvoudige en juiste antwoord op die vraag. Grote uitgeverijen, denk aan Science, Nature of andere meer gespecialiseerde wetenschappelijke tijdschriften, hebben artikelen afgeschermd van publieke toegang. De Electronic Frontier Foundation noemde een abonnement op de Journal of Comparitive Neurology: $21.582. Een bedrag dat weinig individuen willen neerleggen voor onderzoeksresultaten waar ze al aan mee hebben betaald. Anderzijds zijn er plekken waar iedereen papers kan downloaden en lezen, zoals arXiv.org. En ook MIT heeft veel cursusmateriaal gepubliceerd. Los van TED, BigThink en OpenCulture – initiatieven om meer kennis voor een breder publiek te ontsluiten. Spread the word … <<

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.