Begin januari begin ik met mijn tweede (deeltijd)baan: docent internetjournalistiek aan de Universiteit Leiden. Ik zit, terwijl ik dit schrijf, met een indrukwekkende stapel boeken om me heen. Ik moet toch nog even opfrissen waar ik me de afgelopen tijd op ad hoc-basis mee heb beziggehouden. De afgelopen maanden ging die literatuur trouwens vooral om toepassing – in mijn nieuwe werkzaamheden mag ik ook theorie behandelen. Ik prijs me een gelukkig mens.
Genoeg is genoeg
Nu stuit ik al meteen op twee problemen: 1) ik kan studenten niet hetzelfde laten lezen als ik de afgelopen jaren heb gedaan (snap nu waarom al die hoogleraren altijd te veel literatuur voorschreven) en 2) wat is de ideale mix tussen praktijk en theorie? Met andere woorden: wat is genoeg bagage om na dertien hoorcolleges en dito werkcolleges zelfverzekerder het wereldwijde web op te stappen en misschien al zelf wat journalistiek werk te gaan verrichten (of in ieder geval een blog te beginnen en te onderhouden)? Belangrijker dan die vraag: hoe krijg ik ze daar? Wát moet je kunnen om aan de slag te kunnen gaan. Behalve een hoop lol in het werk, uiteraard.
Internetjournalistiek 2.0
Ik denk niet dat ik die vragen in één post kan beantwoorden. Zowel de vragen als (tentatieve) antwoorden zullen dan ook regelmatig de revue passeren. Laat ik het vak internetjournalistiek dan maar eens heel 2.0 opengooien. Voor iedereen die zich ermee wil en kan bemoeien: ik sta open voor suggesties en ik zal verslag doen van mijn bevindingen. De eerste vraag is eenvoudig: wat moet je lezen als je morgen je eerste stappen in de internetjournalistiek gaat zetten? Wat is onmisbaar in de eerste schreden op dat glibberige pad? #dtv! <<