Drie jaar geleden moest de Nederlandse overheid bijspringen om banken te redden. En als het aan minister van Financiën Jan Kees de Jager ligt, zijn de rollen nu omgedraaid. Banken moeten meebetalen om Griekenland, Italië, Portugal en waarschijnlijk ook Ierland overeind te houden. Nederland maakte in 2009 school met de staatsinterventies bij onder andere ABN Amro. En nu lopen we op de troepen vooruit met onze eis van ‘particuliere participatie’.
In de bestuurskamers aan de Amsterdamse Zuidas slijpen CEO’s hun messen: deze hulpvraag van De Jager is een opening kunnen in het voortslepende debat over de staatsbemoeienis met hun onderneming. De banken kunnen wel wat politieke steun gebruiken in hun strijd om de publieke opinie. De belastingbetaler is beledigd over de hoge bonussen die nog altijd worden uitgekeerd. Dat beeld, van zichzelf aan belastinggeld verrijkende bankiers, moet de wereld uit. Ferme uitspraken van ministers kunnen daarbij helpen. Een gunstiger bonusbeleid, geruild tegen gunstige leningen aan de Europese landen die nu zo in de problemen zijn geraakt, zou een ideale uitkomst zijn.
De banken kunnen hun poot ook stijf houden, want zo voor de hand liggend is de particuliere participatie in het Griekse drama niet. De reconstructie van hun schulden kost hen veel geld. Ze moeten de slechte leningen opnieuw waarderen en naar beneden bijstellen. Ze krijgen minder rente over een langere looptijd. En als de Griekse schuld zo (op papier) is verlaagd, wachten Italië, Portugal en Ierland. De angst en risico’s dat ze met nieuwe toxic assets achterblijven (na de onverkoopbare, gebundelde hypotheken drie jaar geleden), is groot. En als banken bang zijn voor risico’s, moet iemand zijn beurs trekken.
Dat kan in cash, dat kan door het herstel van de bancaire autonomie of een combinatie van beide. De crsis in de eurozone legt de finaicers aan de Zuidas dus geen windeieren. Deze ‘hulpvraag’ is wisselgeld, in de schoot geworpen door een minister van Financiën die probeert te redden wat er te redden valt en daarbij terug moet naar de situatie vlak voor de crash van 2009. Toen banken nog konden bankieren en de publieke opinie een prachtig gegeven was, maar niet doordrong tot de bestuurskamers. Kortom: toen de overheid geen reddingsboei was, maar nog gewoon een klant. Stuivertje wisselen dus: van patiënt aan het infuus tot dokter van de zieke patiënt. Het kan verkeren. <<