Bestaat Google in 2111 nog? En Dell? IBM dan? Facebook? The Economist wijdde een artikel aan het honderdjarig bestaan van IBM en vraagt zich af wat het succes van langlevende bedrijven eigenlijk is. Inspirerende (maar verder nog niet ander onderzochte) conclusie: een bedrijf dat op een idee is gestoeld heeft meer overlevingskansen dan een bedrijf dat bestaat bij de gratie van een specifieke technologie. Dus: dag IBM, Microsoft en Dell en tot 2111 Facebook, Google en, hopelijk, The Economist zelf (explaining the world to its readers – een idee dat ze al vanaf 1843 uitvoeren).
Survival of the fittest – daar gaat het om. En een idee is nu eenmaal eenvoudiger aan de (directe) omgeving aan te passen dan een uitgewerkte, specifieke technologie. Daarin zit zoveel kapitaal dat terugverdient MOET worden en dat er geen sprake KAN zijn van flexibiliteit (kijk maar naar de geneesmiddelenindustrie, waar ze inflexibiliteit enigszins compenseren door patenten). Flexibiliteit is zeker nu van levensbelang; tools zijn al verouderd du moment ze verschijnen. Toch is er technologie die al heel lang bestaat. Hoe kan dat? Clay Shirky heeft er een verklaring voor: pas als technologie ‘onzichtbaar’ is (onze koelkast, schoon drinkwater), is het fit. Gecombineerd levert dat een aardige stelling op waarmee we de levensduur van ideeën en technologieën kunnen voorspellen: wat gestold is en zichtbaar, leeft kort. ‘Onzichtbare’ ideeën hebben een lang leven voor zich.
Er is dus goede hoop voor journalistiek (explaining the world to an audience – om de pay off van The Economist lichtjes bij te stellen) en weinig hoop voor kranten (zichtbare stolling van gebeurtenissen in de tijd). De idee ‘journalistiek’ kan zich voortdurend aanpassen aan de werkelijkheid en zoekt daar steeds verschillende media bij. Een krant zal, om te overleven, onzichtbaar moeten worden. Zo onzichtbaar als onze koelkast en schoon drinkwater in het Westen. Probleem is dat die eis haaks staat op haar raison d’etre. Een onzichtbare krant is als nieuws zonder publiek; het is er wel, maar ‘t bestaat niet. Ziedaar de paradox waar alle krantenmakers mee te maken hebben.
Kan je een proces van technologie naar idee en van idee naar technologie ook omdraaien? Kan je een van een specifieke technologie een overstijgend idee maken, en andersom, om zo tijdig de koers van een organisatie te wijzigen en/of te verleggen? Als het overstijgend idee van een krant journalistiek is, hoe zouden we dat idee dan moeten verwoorden om er vervolgens een aardige boterham mee te kunnen verdienen? Want dat is dan weer het nadeel van een idee – om er geld mee te verdienen, moet het toch ergens stollen en de werkelijkheid gaan raken. Anders, eerlijk is eerlijk, was ik al multimiljonair geweest. Ideeën zat. <<