De vraag welke impact social media op sociale revoluties hebben (of andersom: welke impact een revolte op sociale media heeft) brengt mij dichterbij de politieke wetenschappen dan bij tools en widgets. Wie wil weten wat er gebeurt in Noord Afrika en het Midden Oosten doet er goed aan zijn laptop even dicht te doen en die aloude boekenkast in te duiken.
De vraag wat er is gebeurd in Tunesië en Egypte, in Syrië en Nigeria, Oeganda of Burkino Faso en in 2009 in Iran is, op het eerste gezicht, eenvoudig te beantwoorden. Wie wil weten wat er is gebeurd, hoeft maar in te loggen op diverse sites (YouTube, Twitter, Facebook, MySpace, sites van kranten en tijdschriften) en met een beetje handig zoeken kan je het verhaal van al die revoltes en revoluties, die (bijna) burgeroorlogen heel aardig reconstrueren.
We zijn er, elk gewenst moment, getuige van. We kunnen ons tegenwoordig inloggen op de wereldgeschiedenis. Deze eeuw zal de best en meest gedetailleerd gedocumenteerde eeuw van de mensheid zijn (en wellicht definitief het einde van de geschiedenis betekenen- als vak dan). Ik ben ook ingelogd op de de revoltes en trof, tijdens mijn zoektocht naar het antwoord op de vraag wat hier gebeurde, een citaat dat mij aan het denken zette. Een citaat over de Twitterrevolutie van 2009, in Iran.
The west was focused not on the Iranian people but on the role of western technology. Twitter was important in publicising what was happening, but its role was overemphasised. Some people did provide updates from Tehran, but many didn’t check out. When someone tweeted that there were 700,000 people demonstrating in front of a mosque, it turned out that only around 7,000 people showed up. – Hamid Tehrani (Global Voices)
De dure van oorlogsverslaggevers kunnen we uit de nieuwsvoorziening snijden en zelf, vanachter onze laptop, live in te loggen op revoltes, revoluties en oorlogen. Twitter heeft ook een sterke zaak tegen klassieke journalistiek. We hebben immers niet tientallen, maar honderden ‘bronnen’ ter plekke. Ooggetuigen bij de vleet. Zij ondergaan hun lot, wij ondergaan hun lot met hen.
Maar misschien moeten we nog eens kijken naar het citaat van Hamid Tehrani. Het zette mij aan het denken omdat hij mij wijst op mijn preoccupatie – de westerse technologie in plaats van de Iraanse vrijheidsstrijd. Want weten we eigenlijk wat er precies gebeurd is – daar op de grond? De (mislukte) revolte in Iran in 2009 ging niet over een tool, of de inzet van social media, een widget op een BlackBerry. Het kweekte steun, solidariteit, zeker: maar heeft het de Iraniërs in hun doodstrijd daadwerkelijk geholpen? De revolte ging om de sociaal-politieke strijd van mensen – niet van twitteraccounts.
Internet does matter, but we simply don’t know how it matters. This fact, paradoxically, only makes it matter even more. The costs of getting it wrong, are tremendous. – Evgeny Morozov
Natuurlijk doen de tools ertoe. Er zijn prachtige voorbeelden van en velen meer in de maak. Ik zou ziende blind zijn als ik het belang voor revoltes van internet in het algemeen en sociale media en platforms als Facebook, Twitter of MySpace in het bijzonder zou ontkennen. De vraag is alleen: welke rol spelen die sociale media dan precies? Zijn het noodzakelijke, voorwaardelijke of voldoende variabelen? Zo bezien is de trackrecord van Twitter niet bijster indrukwekkend.
Iran 209: mislukt. Tunesië: succes. Egypte: moet nog blijken – er verdwijnen wel al bloggers. Syrië: doodstrijd, moet nog blijken. Libië: burgeroorlog waarbij rebellen meer hebben aan onze F-16’s dan aan onze neus op het scherm van onze laptop. Nog maar te zwijgen over al die andere semi- of ondemocratische staten met snelle glasvezelkabels waar de burger liever Farmville speelt dan zich verdiept in Burke, Mill, Paine of Arendt om zich, goed belezen, in de strijd te storten.
Dus als de twitterrevolutie meer zegt over onze preoccupatie met Westerse technologie (Hamid Tehrani) en internet weldegelijk een belangrijke rol speelt, maar we weten niet precies welke (Evgeny Morozov) hoe moeten we dan begrijpen wat er is gebeurd? Die vraag houdt mij wakker en om haar te beantwoorden, moeten we misschien onze laptop even dichtdoen. Even geen tweeps.
‘A revolution will not occure so long as the leaders can still use the army succesfully to coerce social interaction; but the power deflation will increase, producing a police state (…). The immediate or final cause of a revolution is some ingredient, usually contributed by fortune, that deprives the elite of its chief weapon for enforcing social behavior (…) or that leads a group of revolutionaries to believe that the time to strike is now. – Chalmer Johnson
En daar staan we nu, volgens mij. We volgen de gebeurtenissen op de voet, maar we snappen nog te weinig van de Egyptische complexiteit op de straten. Daar waar de strijd een voorbereiding had, een hoogtepunt en nu weer een dagelijkse sleur met alle gevaren van dien. Want stel: Chalmers Johsnon heeft gelijk, waarom zou zijn stelling uit 1982 niet ook gelden voor internet – is internet niet een ruimte zoals de werkelijkheid, waarin dezelfde ‘wetten’ gelden? Waar totalitaire regimes dus ‘geweld’ gebruiken tegen bloggers; niet fysiek, maar virtueel? Waar de macht zich wapent tegen uitdagers van het systeem?
Ik denk dat de relatie tussen social media en sociale revoluties een hele kwetsbare is. Ik vrees ook. Ik vrees voor de denkfout dat we ‘er’ niet meer hoeven te zijn om er verslag van te doen. We kunnen immers de informatiestroom aftappen, gebruiken, we kunnen zelfs contact zoeken om nog eens wat na te vragen? Dat kan, maar we moeten er volgens mij zijn om de context te begrijpen. We moeten getuigen ter plaatse hebben om te voorkomen dat we verstrikt worden in een virtuele werkelijkheid waar mensen niet meer lijden, terwijl ze in het echt verdwijnen, worden gemarteld, verkracht of doodgeslagen.
Die rauwe werkelijkheid heeft onder meer Rob Gonggrijp ons laten zien, met die afschrikwekkende video waarop weerloze burgers, overhoop geschoten door Amerikaanse militairen in een helikopter in Irak, als was het een superrealistische game, overhoop werden geschoten. Daar was niks social media’s aan – dat is de rauwe werkelijkheid waar medewerkers van het Rode Kruis dagelijks in moeten opereren. Misschien moeten we daar wat meer oog voor hebben – via social media wellicht.<<