Nieuws verspreidt zich met de snelheid van het licht, net als de fouten die erin staan. Vreemd genoeg hebben kranten te weinig oog voor het herstellen van slordigheden. Dat kan zo eenvoudig, transparant en publieksvriendelijk.
Kranten zoeken naarstig naar dwarsverbanden met internet. Ze bouwen applicaties voor iPhone en Android, geven lezers de mogelijkheid op honderdduizend manieren te reageren of zetten video, foto en audio in om artikelen te omlijsten. Het kan niet op – kampioenen crossmediaal-krantendenken zoeken voortdurend naar middelen en manieren om de kruisbestuiving te maximeren. De online lezer moet naar de kiosk, de krantenlezer naar het scherm. In die potpourri aan tools zien veel kranten (online) media één eenvoudige tool over het hoofd: een platform waarmee de lezer wordt ingeschakeld om het product – nieuws – te verbeteren.
Krantenmakers denken dat hun product de volgende dag in de kattenbak ligt. Helaas. Internet heeft een olifantengeheugen. Krantenberichten verspreiden en vermenigvuldigen zich met de snelheid van het licht. Net als de fouten die erin staan. Toch doen redacties niets met dit gegeven. Een kleine site, gericht op lokale, Amerikaanse kranten doet dat wel. Het initiatief, Media Bugs, verdient navolging in Nederland. Een eenvoudige site waar iedereen, alle lezers van al die berichten, fouten kunnen aangeven.
Doel van dat platform: een dialoog over fouten. Dus geen politieke discussie over vooringenomenheid, maar wel het contact tussen pers en publiek herstellen door journalisten met lezers in contact te brengen. Dus geen online factcheckers. Wel het bijhouden van fouten, het analyseren wat er precies misgaat. Geen zure vingertjes, maar een project om gezamenlijk het nieuws te verbeteren. Omdat zo niet alleen de fouten de wereld in komen, maar ook de verbeteringen daarvan. Want een fout maken is niet erg, er niet niets aan doen of niet van leren is dom. En op internet onvergefelijk en onvergetelijk dom. <<