Politiek gaat om macht. Partijen zijn daarvoor het instrument, en partijen zijn daarmee machtsinstrumenten. Dat geldt voor het CDA niet anders dan voor andere partijen. Veel ’mastodonten’ en critici (Lubbers, Andriessen, Hirsch Ballin, Van Agt) lijken dat in de aanloop van dit weekend te zijn vergeten. Hun eigen ‘streken om de macht’ zijn met de mantel der liefde bedekt. Vanonder die behaaglijk beschutting geven ze nu hun gratuite commentaar op de formatie. Blijf er maar naast staan, adviseren zij Verhagen. Laat deze (gif)beker maar aan u voorbij gaan.
Maar het is in de politiek niet altijd goed om te blijven steken in principiële argumenten. En gelukkig zijn zelfs de dissidenten voor rede vatbaar. Ferrier en Koppejan willen eerst weten hoe het congres verloopt, zeiden ze, voordat ze hun principiële standpunt formuleren. Zij zullen de gedoogsteun gedogen. En ook Klink bleek plooibaar. Zijn bombrief vol gewetensnood blokkeerde weliswaar de onderhandelingen, Donner maakte dat proces weer vloeibaar door hem vrij eenvoudig uit zijn zetel te praten. De Bende van Drie had zich principiëler kunnen opstellen door op te stappen en zo de minderheidsvariant duurzaam kunnen blokkeren. En dus het CDA tot een machteloze rol in de oppositie te veroordelen. Maar zo principieel bleken ze nog niet.
Maar het machtsbesef won van de principes en dat is een prijzenswaardige eigenschap voor deze politici. Maar is dat machtsargument niet heel plat dan? Nee hoor. Macht gaat namelijk niet alleen over sturen en voor elkaar krijgen. Macht gaat ook over tegenhouden en blokkeren. Die ’negatieve macht’ vergeten alle gewetensbezwaarden steeds mee te nemen in hun ronkende analyses en hun conclusie dat de CDA-deelname ontoelaatbaar is.
De mastodonten vrezen dat Wilders vanuit zijn gedoogpositie velen de wet kan voorschrijven. Hun beeld is plat en tweedimensionaal: de PVV-voorman is volgens hen in de gelegenheid gesteld om Neerlands gezonde verstand te gijzelen. Alsof het CDA machteloos moet toekijken hoe Wilders carte blanche krijgt om het polderlandschap om te ploegen. Onzin natuurlijk.
Het CDA staat niet aan de zijlijn, maar zit aan het stuur, samen met de VVD. Er staan wel anderen aan de zijlijn: Halsema, Roemer, Pechthold, Cohen. Hun partij moet maar zien waar ze kunnen bijsturen en waar ze aan de kant moeten springen. Zeker PvdA-leider Cohen, die alle varianten onderzocht wilde zien voordat hij weer aan de beurt wilde komen. Lubbers waarschuwde nog. Maar het ging Cohen om het principe. Had hij platter en met meer machtsbesef geredeneerd, dan was de kans op een linkser kabinet groter geweest. Dan had de PvdA meegedaan in plaats van toegekeken.
Het CDA moet dus meedoen. Die macht kreeg de partij door de versnippering onder het Nederlandse electoraat op de avond dat de stemmen waren geteld. Die macht leg je niet uit principe naast je neer, maar wendt je juist aan om de principes te realiseren. Met een kleine K(l)ink in de kabel daargelaten, maakt het CDA zich dan ook op voor een zware taak: het morele en financieel-economische herstel van Nederland en het politiek-electorale herstel van de partij. Ze moeten de macht niet afweren, maar juist omarmen om dat voor elkaar te krijgen. Want zo plat is politiek soms gewoon. <<
Sebastiaan van der Lubben redigeerde samen met Huib Pelikaan het boek ’Ruimte op rechts? Conservatieve onderstromen in de Lage Landen’ (Spectrum, 2006)