Enkele uren na de presentatie van het rapport-Davids: de oppositie slijpt haar messen. De uitkomsten gillen om een parlementaire enquête. Onzin, stellen Wouter van Cleef en Sebastiaan van der Lubben. Een enquête is niet politiek opportuun en na Davids’ onderzoek zinloos.
Wie Marriette Hamer gisteravond in het acht uur journaal hoorde, dacht zich op te kunnen maken voor een wekenlang politiek schouwspel met een detective waardig plot. Inclusief slachtoffers, agenten en de (politiek explosieve) who-done-it-vraag. Kortom: een parlementaire enquête naar onze politieke steun aan Amerika’s inval in Irak. Oppositiepartijen ontvingen het rapport Davids gisteren dan ook als opmaat voor het zwaarste controlemiddel van beide Kamers. Waarschijnlijk heeft Balkenende vannacht toch goed geslapen. Het zwaard van Damocles dat de premier maandenlang heeft proberen af te weren, zal hem ook de komende weken niet treffen.
Balkenende weet als geen ander na een aantal moeizame jaren: regeren is vooruitzien. Op dit moment ligt zijn lot als premier in de handen van de PvdA. De sociaal-democraten hebben in de afgelopen maanden de deur naar een parlementaire enquête over Irak steeds opengehouden. Zij komen met het rapport Davids nu echt op stoom. Ze kunnen bijna niet anders dan de politieke spanning nu verder opvoeren. Maar: over niet al te lange tijd zijn de rollen omgedraaid. Namelijk met een aantal onderzoeksrapporten in de komende weken over het (falend?) toezicht op de bancaire sector.
Balkenende en Bos houden elkaar namelijk in een innige houdgreep. DSB, Icesave, de politiek-bestuurlijke relatie tussen Bos en Wellink, ING, ABN Amro: al deze kwesties zijn meermalen genoemd als ingrediënten voor een mogelijke parlementaire enquête. Lees: het functioneren van vice-premier, minister van financiën en politiek leider van de PvdA, Wouter Bos. En dan hebben de sociaal-democraten hun christelijke broeders hard nodig. Nodig om electorale verdamping van de PvdA te voorkomen. De partij stond eind 2009 (TNS Nipo) op 19 zetels.
De tweede reden om geen parlementaire enquete-Irak te houden: het heeft geen toegevoegde waarde meer. De feiten en omstandigheden waarnaar werd gevraagd, liggen op tafel. De Walrus is boven water, het fregat Hr. Ms.Van Es heeft slechts geëscorteerd. Nederland heeft, naar eer en geweten van de oud-president van de Hoge Raad, geen commando’s of F16’s ingezet. Davids heeft inzage gekregen in notulen van de Ministerraad, hij mocht geheime rapporten van de AIVD en MIVD lezen. Hij sprak met geheim agenten en analisten van beide diensten.
Hij vroeg journalisten, burgers en buitenlui eigen informatie in te dienen. Grondiger had nauwelijks gekund. Schokkende onthullingen – Nederland wist bijvoorbeeld dat Saddam geen massavernietingswapens had – kunnen we echt niet meer verwachten. En het feit, ten slotte, dat er niet onder ede is gehoord, betekent dat betrokkenen eerder het achterste van hun tong durfden te laten zien. Ze hoefden immers niet bang te zijn voor toekomstige vervolging of het verlies van hun anonimiteit.
Het toedelen van politieke verantwoordelijkheid kan nu beginnen. Een parlementaire enquête hebben we daarvoor niet nodig. Het debat zou niet ingrijpend veranderen door nog een keer een zware onderzoekscommissie aan het werk te zetten. Een parlementaire enquête resulteert namelijk niet in een politieke uitspraak over verantwoordelijkheid. Net zo min als dat Davids dat doet. Dat doen politieke partijen op basis van de feiten. En feiten blijven feiten. Politici en publiek verwachten van een enquête een sensationele toedeling van lof en blaam. Als ware het een spannend geschiedenisboek met een volwaardig plot. Maar dat biedt een parlementaire enquête niet. Het politieke debat misschien wel.
Ingrediënten voor dat politieke debat zijn inzet en afwezigheid van de premier, het ‘opseksen’ van Nederlandse inlichtingenrapporten door het weghalen van nuances, het volkenrechtelijk kader in relatie tot de politieke motivatie om al dan niet in te grijpen. Het debat wordt een steekspel tussen PvdA en CDA bewindspersonen enerzijds en de kamerfracties anderzijds. Aan de zijlijn staan de oppositiepartijen, klaar om het politieke genadeschot te lossen. Falend politiek leiderschap is de enige mogelijkheid om een parlementaire enquête te laten gebeuren. Als Hamer blijft volharden in haar afwijzing van Balkenendes woorden en Bos haar niet in de kruiwagen houdt, kunnen de sociaal-democraten niet anders dan instemmen met een onderzoek door de Kamer zelf. <<
Wouter van Cleef / Sebastiaan van der Lubben