De opkomst van Wilders heeft sterke overeenkomsten met de opkomst van de nazi’s in 1933, beweren steeds vaker steeds intelligentere mensen in mijn omgeving. Een weerlegging in twee delen.
“Geen parallel tussen Wilders en Hitler? Hitler is toch ook democratisch aan de macht gekomen?” Mijn disgenoot loopt bijna rood aan tijdens debatje afgelopen week. Het volk is in tijden van morele en economische malaise volledig op drift en Wilders bedient een groeiende minderheid met een gedachtegoed dat een bom onder onze rechtstaat legt. Daarin ziet mijn disgenoot een sterke parallel met de opkomst van de nazi’s in Duitsland. Wilders is net als Hitler een volksmenner die de democratie gebruikt om aan de macht te komen en haar vervolgens bij het grof vuil zet.
Het is de derde keer in korte tijd dat ik in een debat over Wilders dit Hitler-is-toch-ook-democratisch-aan-de-macht-gekomen-argument hoor. En voor het eerst van iemand ‘op rechts’. Dat levert een interessante gedachte experiment op. Want hoe werkt dit argument eigenlijk door – in linkse en rechtse termen? Normaliter haak ik bij discussies over nazi-Duitsland af. Meestal liggen de historische feiten een stuk genuanceerder dan de middelbare school docent geschiedenis ons heeft doen geloven. Want mensen er nauwelijks van weerhoudt om ze toch lukraak van stal te halen. Vergelijkingen met Hitler zijn, bij gebrek aan kennis, dan ook doordrenkt met emotie. Nuances komen zelden over het voetlicht en discussies over de nazi’s eindigen niet zelden in scheldpartijen. Wie nuanceert over Hitler, moet zelf een fascist zijn – bij zoveel kwaad (wat ik grif toegeef) past geen nuance. Nuance is gevaarlijk, want doet af aan de boodschap: nooit meer! Het kwaad nuanceer je niet, dat bestrijd je!
Niet vreemd. Er zijn weinig morele ijkpunten in de moderne geschiedenis waarover iedereen het in grote lijnen toch eens is – ‘Hitler’ is er denk ik één van. Hij staat voor de meest afschuwelijke menselijke eigenschappen denkbaar, uitgebuit op ongekend grote schaal en op angstwekkend efficiënte wijze. ‘Hitler’ is niet het kwaad, maar alles wat daarna komt. En alles wat daarna kwam, is lang zo kwaad niet geweest. “Natuurlijk zal Wilders zijn tegenstanders en moslims niet vernietigen in kampen, maar we gaan wel diezelfde kant op. Nogmaals: Hitler is ook democratisch gekozen!”
Een apocalyptische waarschuwing van een geëmotioneerde disgenoot. Normaliter komt dit argument uit linkse kringen. Die zien snel parallellen met nazi-Duitsland. Links heeft ook de opdracht ons wakker te houden en ervoor te zorgen dat wij niet, net als de Duitsers in 1933, gaan slapen in een democratie om wakker te worden in het Derde Rijk. In de uitvoering van die opdracht is veel geoorloofd – het Kwaad zelf mag als countervailing power worden ingezet. Afgezet tegen het Absolute Kwaad is dat in linkse termen verdedigbaar.
Maar deze disgenoot is rechts en liberaal. Hij maakt zich geen zorgen over een fascistische, kapitalistische elite die het volk bij de neus neemt, uitbuit en weerhoudt van emancipatie. Nee, hij maakt zich zorgen over het volk zelf dat met haar rabiate moslimhaat, geconfronteerd met een snel veranderend straatbeeld zich verweesd terugtrekt in eigen huis om met een stem op Wilders in ieder geval een politieke grens te trekken. Dat, zegt hij, is veel gevaarlijker nog dan wat links beweert: want een elite kunnen we afzetten met een revolutie, maar van een volk ontdoe je je niet zomaar. “En als je me niet gelooft, ben je behoorlijk naïef.” En precies dat gebeurt nu: wij helpen eigenlijk een Hitlertje democratisch aan de macht.
Wie het Hitler-is-toch-ook-democratisch-aan-de-macht-gekomen-argument niet gelooft is in linkse ogen een fascist en in rechtse ogen naïef. Als het argument klopt en, ad absurdum, we moeten wat ondernemen, dan geeft links de mogelijkheid om van Wilders af te komen: revolutie en volksopstand. Links ziet het gedachtegoed van Wilders als een truc van een elite die het volk bij de neus neemt. Dus is het recept: propaganda om het volk op te voeden en tegelijkertijd de elite afzetten.
De oplossing van rechts is lastiger. Daar komt de elite aan de macht door het volk en is het gedachtegoed van Wilders niet weg te nemen met een revolutie waarbij de elite wordt afgezet, maar alleen uit te vechten in een burgeroorlog van iedereen tegen iedereen. Hoe moeten we die burgeroorlog voorkomen? Links begint nu al met propaganda en gebruikt de middelen van de rechtstaat om Wilders een voet dwars te zetten. Rechts heeft het lastiger.
Om Wilders wind uit de zeilen te nemen, moeten we de grenzen sluiten, harder optreden tegen criminaliteit, de Nederlandse cultuur afdwingen. We moeten het volk geven wat ze vraagt. Maar daarmee wakkeren we juist de wind van Wilders aan. We stoppen hem niet, maar helpen hem op gang. Links heeft een uitvoeringsprobleem, rechts een politieke paradox. Misschien helpt het als we eens kijken naar hoe Hitler nu feitelijk aan de macht is gekomen. In deel II: waarom het Hitler-is-toch-ook-democratisch-aan-de-macht-gekomen-argument helemaal niet klopt. En dus en revolutie of burgeroorlog niet uitbreekt. <<